Wat is IUI?
Intra-uteriene inseminatie (IUI) is het inbrengen van zaadcellen in de baarmoederholte, rondom de eisprong. Bij gemeenschap komt het sperma na een zaadlozing in de vagina. De zaadcellen zwemmen via het slijm van de baarmoedermond naar de baarmoederholte en van daaruit verder naar de eileiders. In een eileider vindt de uiteindelijke bevruchting plaats. Bij IUI worden zaadcellen uit het sperma geïsoleerd en rondom de eisprong bij u ingebracht. De zaadcellen worden tot in de baarmoederholte gebracht, daarna moeten ze zelf naar de eileiders zwemmen voor de bevruchting.
Voorbereiding
Na het vruchtbaarheidsonderzoek wordt door uw arts de indicatie voor IUI gesteld. U wordt door ons geïnformeerd over de behandeling. Op de eerste dag van de menstruatie meldt u zich bij ons (telefonisch) voor het starten van de behandeling.
Monitoring follikelgroei
IUI-behandelingen kunnen worden toegepast in zowel spontane/natuurlijke cycli, als in gestimuleerde cycli waarbij verschillende vormen van hormonen worden gebruikt. Deze hormonen bevorderen de follikelgroei en de rijping van eicellen. Door echoscopie wordt de follikelgroei in de gaten gehouden.
Timing behandeling
Een goede timing van de behandeling is van belang, omdat de kans op een zwangerschap het hoogst is als IUI wordt uitgevoerd rondom de eisprong. Dit moment wordt zo nauwkeurig mogelijk bepaald met behulp van urinetesten en/of echoscopie.
Sperma opvangen en opwerken
De zaadcellen worden met een wasprocedure uit het sperma geïsoleerd. Dit gebeurt in ons laboratorium. We noemen dit ‘zaad opwerken’.
Inseminatie
Vervolgens wordt het opgewerkte zaad m.b.v. een speculum en een dun slangetje rechtstreeks in de baarmoederholte gebracht. De zaadcellen zijn dan dichter bij de plaats van bevruchting.
Deze procedure is niet pijnlijk en duurt slechts een paar minuten.
Voor wie is IUI?
U kunt voor IUI in aanmerking komen als uit het vruchtbaarheidsonderzoek één van de volgende situaties blijkt:
- De kwaliteit (aantal en/of beweeglijkheid) bij het zaadonderzoek is minder dan normaal, maar de opwerking van het sperma toont voldoende beweeglijke zaadcellen.
- Het slijm van de baarmoedermond blijkt niet van goede kwaliteit te zijn.
- U heeft twee tot drie jaar onbeschermde gemeenschap gehad, maar u bent niet zwanger geworden; een duidelijke oorzaak is niet gevonden.
- Intravaginale gemeenschap en/of zelfinseminaties zijn voor u niet mogelijk.
Als er bij het fertiliteitonderzoek (OFO) geen oorzaak wordt gevonden voor het uitblijven van de zwangerschap, kan -afhankelijk van de leeftijd van de vrouw en duur van kinderwens- het advies gegeven worden om nog te proberen spontaan zwanger te worden.
Komt u in aanmerking voor IUI dan wordt u mondeling en schriftelijk op de hoogte gebracht van de gang van zaken bij uw IUI-behandeling.
Zwangerschapskansen
De kans op een zwangerschap bij IUI varieert tussen 1 op de 6 tot 10 behandelingen en wordt bepaald door de leeftijd van de vrouw, de kwaliteit van de te insemineren zaadcellen en de timing van de IUI. Uiteraard is een voorwaarde dat er bij de vrouw tenminste 1 eileider normaal functioneert.
De cumulatieve kans op een spontane zwangerschap (dat is alle zwangerschappen ontstaan in die 3 jaar) is in de eerste drie jaar van onbeschermde gemeenschap groter dan bij fertiliteit bevorderende behandelingen. Het kan voorkomen dat bij het fertiliteit-onderzoek (OFO) geen oorzaak wordt gevonden voor het uitblijven van de zwangerschap. Afhankelijk van de leeftijd, kan dan toch nog het advies gegeven worden om nog te proberen spontaan zwanger te worden. De lengte van deze periode hangt af van de duur van de kinderwens en de leeftijd van de vrouw.